Redactie Wielrennen 14 oktober 2024, 07:38

Leestijd: 2 minuten

Lavreysen bereidt zich na Olympische topvorm voor op WK baanwielrennen

Aan het einde van het jaar waarin hij de beste Nederlandse sporter ooit werd op de Olympische Zomerspelen, heeft baanwielrenner Harrie Lavreysen zichzelf vijf weken gegeven om zich voor te bereiden op de strijd om de wereldtitels in het Deense Ballerup. Na tal van festiviteiten rond zijn in Parijs veroverde drie gouden medailles moest de focus weer op de trainingen. Een WK na een olympische zomer, niet elke sporter zit erop te wachten. “Maar ik vind het fijn om met een gericht doel te trainen”, vertelde de 27-jarige Brabander tijdens een onlinepersmoment kort voor afreizen naar Denemarken, waar de WK woensdag van start gaan.

Voor Lavreysen waren de Spelen in Parijs, waar hij zijn totaal aantal gouden medailles op vijf bracht, het hoogtepunt van het jaar. Maar op de WK wil hij de titels op de teamsprint en de sprint verdedigen. “Ik kreeg ook weer zin om te trainen, om weer wat structuur te hebben. Zonder zo’n groot toernooi in het vooruitzicht was dat toch moeilijker geweest. Nu kon ik weer heel gericht gaan werken.”

De voorbereiding is wel wat minder dan voor andere grote toernooien. Zeer ongebruikelijk is ook dat Lavreysen de piste in het nabij Kopenhagen gelegen Ballerup niet eens kent. “Ik heb er nul keer gereden. Ik begreep dat het een snelle baan kan zijn. Ik laat het lekker op me afkomen.” Het zijn verrassende woorden van de 13-voudig wereldkampioen. “De druk is er een beetje vanaf dit jaar.”

Een experiment is ook zijn deelname aan de kilometertijdrit, een discipline waarop hij twee keer Nederlands kampioen werd, maar die hij nooit op een EK of WK reed. Het past in de wat lossere benadering die hij zichzelf na de olympische zomer gunt. “Het is natuurlijk geen normale opbouw naar een groot toernooi, een groot contrast met de aanloop naar Parijs. Toen heb ik maanden geen afspraak gemaakt en stond alles alleen maar in het teken van Parijs. Nu probeer ik een beetje een balans te vinden. Ik kan niet het hele jaar als een monnik leven. Na de Spelen heb ik vier weken niet getraind, nu ben ik ruim vier weken bezig. Ik was afgelopen zomer in mijn beste vorm ooit en hoop daarop te kunnen teren. En eigenlijk vertrouw ik ook wel daarop.”

ANP