Van der Poel klaar voor glorie in Luik-Bastenaken-Luik ondanks twijfels
Mathieu van der Poel twijfelt voorafgaand aan Luik-Bastenaken-Luik niet aan zijn goede vorm. Afgelopen weekend kwam de wereldkampioen tekort in de Amstel Gold Race, maar hij denkt dat het mogelijk is om komende zondag in België wel te winnen.
“Ik had in de Amstel Gold Race geen superbenen, maar ik was ook niet echt slecht”, blikt Van der Poel nog eens terug via zijn ploeg. “Omdat mijn voorjaar sowieso al geslaagd was, kon ik het me echter permitteren om een beetje te gokken in de finale. Dat draaide niet uit zoals gehoopt.” De renner van Alpecin-Deceuninck won dit seizoen al de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix.
Na de wedstrijd in Limburg trok Van der Poel een paar dagen naar Spanje om te trainen en zijn “batterijen op te laden”. Hij zegt goed in conditie te zijn voor Luik-Bastenaken-Luik en verwacht een rol van betekenis te kunnen spelen. “En dan heb ik het niet alleen over mezelf, maar ook over de ploeggenoten. De resultaten laten het niet zien, maar ik zag in de Waalse Pijl een sterke Axel Laurance, Quinten Hermans en Soren Kragh Andersen. Ik denk dat we met deze kwaliteit in de ploeg in staat moeten zijn om iets moois te doen.”
Pogacar
Met namen als Tadej Pogacar en Tom Pidcock aan de start ziet Van der Poel zichzelf niet als favoriet. Hij wijst met name Pogacar aan als kanshebber. “We hebben in de Strade Bianche gezien dat Tadej geen competitie nodig heeft om meteen in topvorm te zijn. Een pure klasbak die zondag op zijn favoriete terrein koerst en die een sterke ploeg om zich heen heeft. En ook Tom Pidcock. Ik denk ook aan Richard Carapaz, Tiesj Benoot, Mattias Skjelmose, Maxim Van Gils, Dylan Teuns, noem maar op… Allemaal jongens die de voorbije week bewezen hebben dat ze in goeden doen te zijn en op papier betere klimmers zijn dan ikzelf.”
Toch denkt de wereldkampioen dat een overwinning voor zichzelf tot de mogelijkheden behoort. “Mocht ik daar niet van overtuigd zijn, dan zou ik niet meedoen. Maar het zal allemaal net iets meer in de juiste plooi moeten vallen dan in de Vlaamse klassiekers.”
ANP