Sharon van Rouwendaal pakt voor de tweede keer wereldtitel openwaterzwemmen
Openwaterzwemster Sharon van Rouwendaal had voor de WK-finale op de 10 kilometer het gevoel dat ze kon winnen. “Een paar keer in je carrière heb je dat en vandaag was dat gevoel heel sterk”, liet ze via de zwembond vanuit Doha weten nadat ze voor de tweede keer in haar loopbaan wereldkampioen was geworden op de 10 kilometer. Van Rouwendaal, ‘s morgens naar eigen zeggen nog misselijk van de stress, bleef na een kleine twee uur zwemmen de Spaanse María de Valdés net voor.
“Ik had goed getraind en voelde me de laatste dagen heel erg zelfverzekerd. Ik wist dat ik kon winnen en kwam zeker niet alleen voor dat olympisch ticket.” Omdat ze bij de vorige WK in het Japanse Fukuoka de medailles net had gemist, moest ze in Doha nog bij de eerste dertien zwemsters eindigen om deelname aan de Olympische Spelen van Parijs veilig te stellen. In de Franse hoofdstad mikt ze op een derde medaille na het goud van Rio 2016, gevolgd door een zilveren plak op de Spelen van Tokio.
Hoewel ze zich goed voelde was er ‘s ochtends toch het besef dat het nog wel even moest gebeuren. “Ik dacht: oei, je moet het nog wel even doen. Ik was misselijk bij het ontbijt van de wedstrijdstress. In de laatste ronde verloor ik veel plekken door die Spaanse. Er was een gat van 10 meter naar Moesha Johnson, mijn trainingsmaatje in Maagdenburg. Ze woont bij mij en we zijn de beste vriendinnen. Ik wist dat zij goed een tempo kan zwemmen.”
Vooruitblik op Spelen
De Valdés dichtte het gat en Van Rouwendaal volgde even het spoor van de Australische. “Ik moest kiezen voor een kant, waarbij ik wist dat Mo de zwakste was in de sprint. Ze heeft me wel goed naar voren gebracht. Daarna moest ik nog alles geven. Mijn aantikken was niet eens zo goed getimed. Maar ik wist dat ik voor lag, dan mag je wel een foutje maken.”
Haar tweede wereldtitel betekende veel voor de 30-jarige Van Rouwendaal. “Er zullen mensen zeggen: je moet niet nu winnen, maar straks in Parijs. Maar ik vind dit ook mooi. Als ik op de Spelen derde word dan is dat zo. Niemand pakt deze titel nog af van mij en ik ben gewoon trots.”
ANP