Redactie
Redactie Atletiek 28 februari 2024
Leestijd: 2 minuten

Femke Bol zet zinnen op eerste wereldtitel indooratletiek in Glasgow

Coach Laurent Meuwly denkt dat Femke Bol op de komende wereldkampioenschappen indooratletiek in Glasgow nog sneller kan dan haar wereldrecord van 49,24 seconden op de 400 meter. De Amersfoortse atlete meent dat een wereldrecord lopen op een sterk bezet toernooi wel eens een te lastige opdracht kan zijn. Wat overeind blijft, is de verwachting dat Bol in Schotland haar eerste wereldtitel indoor zal veroveren.

De statistieken spreken opzichtig in het voordeel van Bol. Ze is met haar 49,24 bijna een seconde sneller dan de nummer 2 op de wereldranglijst van dit jaar, haar vriendin en trainingspartner Lieke Klaver. Bol is de enige vrouw die dit jaar onder de 50 seconden liep, drie keer zelfs. Om haar suprematie te onderstrepen: van de twaalf beste tijden ooit gelopen op de 400 meter indoor staan er inmiddels zes op naam van Bol.

Meuwly zag eerder deze maand op de NK indoor in het Omnisport van Apeldoorn zijn pupil opnieuw een wereldrecord lopen. Het was een race waarin Bol erin slaagde “de puzzelstukjes precies in elkaar te laten passen”, zoals hij het noemde. “Ze is beter dan vorig jaar, ik denk werkelijk dat ze nog wat bewaard heeft voor Glasgow”, zegt de Zwitser. “Omdat het niet de eerste keer was dat ze een wereldrecord liep. Vorig jaar kwamen er veel emoties los tussen de NK en EK indoor in Istanbul. Deze keer kent ze het gevoel en kan ze zich rustiger voorbereiden, zodat ze meer energie heeft in Glasgow.”

Sterker deelnemersveld

Aan de baan zou het niet moeten liggen, stelt Meuwly. “Glasgow is een goede baan, hoewel het moeilijk is een vergelijking te maken met andere banen. Maar Femke heeft nu drie keer in de 49 gelopen op totaal verschillende banen, dus ik denk dat ze ook snel kan gaan in Glasgow. Belangrijker is hoeveel energie het haar zal kosten om de finale te halen en dan baan 5 of 6 te hebben, want die baan heb je nodig voor een perfecte race.”

Op dat verhaal haakt Bol in en zitten coach en pupil op één lijn. Op een toernooi als de WK indoor zijn de omstandigheden voor het lopen van een wereldrecord niet gunstig, zegt de Sportvrouw van het Jaar. “Het zal daar lastig worden, want je moet de ene dag twee keer lopen (de heats en halve finales op vrijdag) en de volgende dag nog een keer (de finale op zaterdag). Dat is een zwaarder schema”, zegt de 24-jarige wereldkampioene op de 400 meter horden. “Bovendien is het deelnemersveld sterker, waardoor de kans groter is dat je elkaar in de weg loopt. Je hebt niet altijd invloed op het wedstrijdverloop, er zijn meer scenario’s mogelijk. Dat maakt indoor mooi, maar het betekent ook dat niet altijd de beste tijden eruit komen. Voor mij telt vooral de titel.”

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

ANP