Redactie Wielrennen 21 december 2023, 15:14

Leestijd: 2 minuten

Visma-Lease a Bike benoemt jacht naar ritzeges in Giro met Van Aert, Uijtdebroeks en Kooij

Met de Belgen Wout van Aert en Cian Uijtdebroeks en de Nederlander Olav Kooij gaat wielerploeg Visma – Lease a Bike komend voorjaar in de Giro d’Italia met name op jacht naar ritzeges. Dat maakte de ploeg bekend tijdens de teampresentatie in Amsterdam.

De aanwezigheid van Uijtdebroeks was opmerkelijk omdat nog niet duidelijk was of de overstap van de 20-jarige Belg van Bora-hansgrohe naar de Nederlandse ploeg, voorheen Jumbo-Visma, zou worden goedgekeurd door de internationale wielrenunie UCI. Volgens de Duitse ploeg was er sprake van contractbreuk, maar kort na de presentatie kwam vanuit Duitsland het nieuws dat er alsnog een akkoord was bereikt.

Van Aert mikt op een of meer ritzeges, voor talentvol sprinter Kooij wordt het zijn eerste grote ronde. “We gaan niet naar de Giro voor de eindzege. Met Olav en Wout bedenken we een mooie strategie om ritzeges te boeken”, vertelde Merijn Zeeman, sportief directeur van de ploeg, die ook het nieuwe tenue presenteerde. De hoofdkleur blijft geel, de kleur van de afgehaakte sponsor Jumbo.

Ervaring opdoen

Uijtdebroeks gaat naar de Giro om, zoals Zeeman het omschreef, ervaring op te doen. De jonge Belg won vorig jaar de Ronde van de Toekomst en werd dit jaar al achtste in de Vuelta. Ondanks de strubbelingen over zijn transfer voelde hij zich al volledig thuis bij zijn nieuwe ploeg. “Ik ben blij bij deze gestructureerde ploeg te kunnen rijden. Iedereen probeert hier het beste uit zichzelf te halen en je zag de afgelopen jaren dat dat ook lukt. Maar ze doen het wel met een glimlach. Dat is wat ik zocht.”

In de Giro zal de blik vooral gericht zijn op Van Aert en Kooij, het afgelopen seizoen al goed voor dertien overwinningen. “We zijn vooral ambitieus wat betreft ritzeges”, wist Uijdebroeks. “Ik wil een goed klassement rijden, maar er ligt niet veel druk op me. Ik heb een vrije rol en ga zien waar ik me nog moet verbeteren de komende jaren.”

ANP